Call en put opties |
Top Previous Next |
Call en put opties zijn het recht om een aandeel te kopen of te verkopen op een van tevoren vastgesteld tijdstip tegen een eveneens van tevoren vastgestelde prijs. Een Call-optie is het recht om het aandeel te kopen, een Put-optie het recht om het aandeel te verkopen. Zulke rechten zijn geld waard en worden op de beurs verhandeld. Een boomdiagram is een hulpmiddel om uit te rekenen welke waarde een optie heeft. Uitgangspunt daarbij is een maximale en minimale marktontwikkeling. Het boomdiagram bestaat uit een aantal stappen (lagen, layers) en splitst steeds in twee takken (binaire boom). Elke stap geeft een periode aan waarna gehandeld kan worden. Bij een meerlaagse situatie mag je bij iedere laag handelen. Dat wil zeggen aandelen kopen en verkopen tegen de dan geldende prijs. Het boommodel laat zien welke waarde een optie heeft op een bepaald moment, dus hoe je moet handelen om zonder verlies te werken. Tegen iedere andere waarde van de optie kun je zonder risico geld verdienen.
Overzicht van de begrippen Vanwege het gangbare engelse vakjargon is het computermodel ook in het engels gesteld. call recht op koop van een aandeel put recht op verkoop van een aandeel Stock aandeel Bond obligatie Bond interest rate rente op obligaties, 1=100% Price Stock prijs aandeel Expiration price uitoefenprijs Good stock maximale marktontwikkeling Bad stock minimale marktontwikkeling Real value nominale waarde Present value contante waarde Port folio portfolio, samenstelling stock en bound
Cox, Ross en Rubenstein Het boommodel beschrijft een discreet proces. In werkelijkheid is het proces van prijsontwikkeling echter continu. Onder de knop vind je de parameters waarmee volgens Cox, Ross en Rubenstein het discrete proces goed benaderd wordt.
Voorbeeld van het vaststellen van de waarde van een optie. Uitgangspunten in dit voorbeeld zijn de volgende: Good stock 0,3 Bad stock – 0,1 Bond interest rate 0 Prijs aandeel 100 Uitoefenprijs 100
Gebruikte letters: p aantal aandelen b bedrag dat geleend wordt om de aandelen te financieren
Call-optie Na één periode zijn er twee mogelijkheden: bij positieve marktontwikkeling is de waarde van het aandeel 130, de restwaarde van de optie is 30 bij quitte spelen geldt de vergelijking: p*130 – b = 30
bij negatieve marktontwikkeling is de waarde van het aandeel 90, de restwaarde van de optie is 0, de calloptie is immers een recht en geen plicht tot kopen. bij quitte spelen geldt de vergelijking: p*90 – b = 0
Uit het stelsel van de vergelijkingen p*130 – b = 30 en p*90 – b = 0 volgt p=0,75 en b=67,5 De betekenis hiervan is dat om quitte te spelen 0,75 aandeel gekocht moet worden dus 75 en 67,5 geleend. Het verschil hiertussen 7,50 is de waarde van de optie.
Put-optie Het principe is hetzelfde als bij de call-optie. De vergelijkingen zijn nu echter p*130 – b = 0 en p*90 – b = 10
Opmerking Dit voorbeeld is slechts bedoeld om de rekenprincipes duidelijk te maken. Uiteraard is de bondinterest nooit 0 en kunnen aandelen geen negatieve waarde krijgen. Voorbeeld Voorbeeld van het vaststellen van de waarde van een optie.
|